Dit boek helpt professionals in de GGZ bij de bejegening, communicatie, diagnostiek en behandeling van patiënten met een laag IQ. Juist patiënten met een lager IQ hebben een groter risico op het ontwikkelen van allerhande psychiatrische stoornissen. Onjuiste diagnostiek of een niet-aansluitende behandeling veroorzaakt onnodig lijden bij de patiënt en hoge maatschappelijke kosten.
Circa 15% van de Nederlandse bevolking heeft een IQ onder de 85, waarbij psychiatrische stoornissen drie tot vier keer vaker voorkomen dan bij een normaal begaafde populatie. Psychiatrische aandoeningen worden in deze patiëntengroep zowel onder- als over gediagnosticeerd. Het lagere IQ wordt lang niet altijd herkend in de GGZ. Als het wel onderkend wordt, is het lagere IQ soms een reden voor exclusie als het gaat om behandeling van de psychische klachten.
Behandeling van patiënten met een laag IQ in de GGZ geeft handvatten voor het herkennen van deze patiëntengroep in de dagelijkse GGZ-praktijk. Het gaat uitgebreid in op diagnostiek en behandeling van deze groep. Kern van het boek is dat de behandeling van psychische klachten niet fundamenteel anders is, mits in de communicatie en bejegening afgestemd wordt op het lagere IQ. Door het hele boek heen zijn diverse aansprekende casussen verwerkt.
Het boek richt zich op psychiaters, psychologen en verpleegkundigen en andere professionals werkzaam in de GGZ-praktijk. Het boek is ook goed bruikbaar in opleidingen binnen de GGZ.